De belanghebbende in deze zaak houdt zich bezig met het fokken, trainen en laten racen van drafpaarden, alsmede het nadien met winst verkopen van de paarden. De belanghebbende koopt in 2014 een veewagen en vraagt de voorbelasting terug, alsmede de btw op andere kosten. De inspecteur weigert de teruggaaf.
De inspecteur stelt namelijk dat geen sprake is van ondernemerschap voor de btw, maar dat de activiteiten zich meer toeleggen in de privé/hobby sfeer van de belastingplichtige. De vraag in deze zaak was dus in hoeverre de belanghebbende een ondernemer is voor zijn activiteiten.
Prijzengelden
Het enkel hebben en het uitoefenen van het eigendomsrecht op het paard is niet genoeg om te stellen dat sprake is van ondernemerschap. Uit een uitspraak van het Europese Hof van Justitie blijkt dat het ontvangen van prijzengelden voor het ter beschikking stellen van een paard niet belast is met btw. Het ontvangen van het prijzengeld is namelijk onzeker, hierdoor is er geen rechtstreeks verband tussen het prijzengeld en de terbeschikkingstelling van het paard en daardoor is er geen sprake van een met btw belaste activiteit. Dit is anders wanneer u een vergoeding ontvangt ongeacht de rangschikking van het paard.
Fokken en trainen van paarden
Het fokken en trainen van paarden kan wel een economische activiteit zijn, indien een paard uiteindelijk voor een hoger bedrag verkocht wordt. Als belanghebbende in deze zaak dus kort voorafgaand aan het kopen van de veewagen paarden heeft gefokt of getraind met als doel om deze tegen een hogere prijs te verkopen, kan sprake zijn van ondernemerschap. De btw op de veewagen kan dan in aftrek gebracht worden omdat de veewagen dan een middel is om de btw belaste activiteit te bevorderen.
In deze zaak was dat echter niet het geval waardoor het Hof Arnhem – Leeuwarden en de Hoge Raad tot de conclusie kwamen dat geen sprake was van economische activiteit. Bent u benieuwd in hoeverre dit arrest invloed heeft op uw situatie? Neem dan contact op met een van onze btw-adviseurs.