Het Europees Economisch Herstelfonds is bedoeld om landbouwbedrijven te laten herstellen van de gevolgen van de coronacrisis. In 2021 en 2022 ontvangt Nederland in totaal 52,4 miljoen euro voor een veerkrachtig, duurzaam en economisch herstel van de landbouw.
Samenwerken aan groen-economisch herstel
De eerste regeling heeft betrekking op het samenwerken aan een groen-economisch herstel. Dit betreffen projecten voor samenwerkingsverbanden, die bestaan uit minimaal één landbouwer.
Investeringsregeling voor groen-economisch herstel
De tweede regeling is de investeringsregeling voor groen-economisch herstel. Het doel hiervan is het subsidiëren van investeringen die bijdragen aan het economisch herstel, de verduurzaming van de sector en verdere actuele vraagstukken op het gebied van milieu en klimaat.
Type investeringen
Met deze POP3-subsidieregelingen kunnen landbouwers subsidie aanvragen voor investeringen gericht op:
- Precisielandbouw en smart farming
- Digitalisering
- Water, droogte en verzilting
- Duurzame bedrijfsvoering
- Natuurinclusieve landbouw en kringlooplandbouw
Subsidiepercentages
In het kader van het herstelfonds wordt eenmalig gekozen voor 60% subsidie. Voor jonge landbouwers wordt het subsidiebedrag verhoogd naar 75% (er is geen sprake van korting voor niet-jonge landbouwers in een samenwerking). Het maximum van de subsidie is € 150.000.
Voor elke categorie wordt een investeringslijst opgesteld, deze wordt medio november 2021 gepubliceerd. Een landbouwbedrijf kan voor maximaal twee investeringen een aanvraag indienen. De exacte invulling en voorwaarden van de subsidie worden nog gepubliceerd.
Voorwaarden
Een belangrijke voorwaarde is dat er nog geen overeenkomst mag zijn gesloten zijn op het moment van aanvragen (de investeringsverplichting mag nog niet zijn aangegaan). U heeft na de toekenning van de subsidie nog 2 jaar de tijd om de investering te realiseren.
De subsidie kan alleen aangevraagd worden met E-herkenning niveau 3. Jonge agrariërs (die op het moment van aanvragen nog geen 41 jaar zijn) moeten daarnaast een eigen BRS-nummer met TAN-codes in bezit hebben.
Komt u hiervoor in aanmerking? Verhoog dan alvast het niveau van uw E-herkenningsmiddel van uw bedrijf naar niveau 3. Is er sprake van een jonge agrariër (mag maximaal 1 x per onderneming), vraag dan vast een BRS-nummer aan bij RVO op naam van de agrariër.
Vragen?
Heeft u vragen over deze regeling? Neem dan contact met ons agro-team op. Wij kunnen u uiteraard ook van dienst zijn bij het verzorgen van de aanvraag.